Resistentie
Bacteriën worden in toenemende mate ongevoelig (resistent) voor antibiotica. Als een bacterie resistent is tegen een antibioticum betekent dit dat de bacterie niet meer gevoelig is voor dat antibioticum. Resistentie maakt het effectief behandelen van infectieziekten lastiger en brengt ziekte, sterfte en (zorg)kosten met zich mee. Dit is een groeiend probleem bij zorginstellingen, de algemene bevolking en de (intensieve) veehouderij.
Grensoverschrijdende samenwerking is noodzakelijk omdat de verspreiding van resistente bacteriën niet stopt bij de landsgrenzen. In België en Nederland zijn resistentiepercentages tot op heden aanzienlijk lager dan in andere delen van de wereld. Dit heeft onder meer te maken met het relatief terughoudend gebruik van antibiotica bij mens en dier en de hoge standaarden voor infectiepreventie in de zorg en de veehouderij. De samenwerking tussen de diergeneeskundige projectpartners en partners binnen de humane geneeskunde, heeft geleid tot een beter begrip van de situatie en context omtrent antibioticagebruik en
-resistentie tussen landen en domeinen.
Versterken van netwerk in de grensregio
De projectleiders, Prof. Jan Kluytmans (Amphia) en Prof. Herman Goossens (Universitair Ziekenhuis Antwerpen) vinden het i-4-1 Health project een bijzonder waardevol project. Het heeft belangrijke informatie opgeleverd over het voorkomen van antibiotica resistentie in de grensregio. Het adagium van dit project was: “Als je het niet kunt meten, kun je het niet verbeteren”.
In i-4-1 Health wordt het netwerk tussen ziekenhuizen, publieke gezondheidsdiensten, kennisinstellingen en bedrijven aan beide zijden van de landsgrenzen versterkt. Binnen 3 jaar is een eenduidig meetsysteem ontwikkeld en geïmplementeerd in ziekenhuizen, verpleeghuizen, kinderdagverblijven, scholen en veehouderijen. Daarnaast wordt aan twee innovaties gewerkt: de Infectie RIsico Scan (IRIS) en een Track and Trace Systeem (TTS) voor resistente bacteriën.